Frankrijk, Pistache en ik
Yelva blogt erop los

1 juli. Het moment waarop alle regels wegvallen. Elke vorm van routine. Elke vorm van structuur. Geen uur meer om te gaan slapen. IJs in het midden van de dag. Eten om 8u ‘s avonds. En erna weer ijs (omdat het kan). Het geeft mij evenveel onrust als rust. Ik moet er altijd aan wennen. De periode van loslaten en geen grenzen.
14 augustus. Pas dan kwam mijn eigen vakantie. Dit jaar bracht mij mijn eerste vakantie met alléén mijn pubers. Geen vriendin als back-up. Geen volwassene om mee te beslissen. Niemand om letterlijk en figuurlijk het stuur even over te nemen. Angstaanjagend en spannend tegelijk. Ondanks dat ik mijn hart verloor in Ierland en een fantastische vakantie in Slovenië had, is een vakantie binnen Europa altijd nét dat tikkeltje minder spannend in mijn hoofd. Geen idee waarom.
Dit jaar gingen we ‘maar’ naar Frankrijk. Eerste maal - op een keer Bretagne - in een vorig leven toen de dino’s nog spraken - en Normandië na. Twee nachten Dol de Bretagne. Twee nachten La Rochelle. Zeven nachten Penne d'Agenais. In een safaritent.
We aten baguette met zoute boter. We lagen op het strand. We slenterden langs de haven. We namen scherpe bochtjes met de auto. We lagen met een boekje aan het zwembad. We zagen dorpjes die recht uit een Disneyfilm leken te komen. We aten croissants en chocoladebroodjes. We spraken Frans (denk ik toch). We speelden gezelschapsspelletjes met andere mensen. We socialisden op 'marchées gourmandes'. We zagen zonnebloemvelden. We deden terrasjes. We sliepen zonder wekker. We luisterden naar regen op de tent en zagen bliksemschichten in combinatie met luide donderknallen. We genoten van de zon op onze huid. We aten ijs. We adopteerden Pistache - de kat. We zagen de mooiste sterrenhemel en een stukje melkweg. Ik huilde om de personnages in mijn boek. We voelden ons thuis in Domaine Cap de Roux. We adopteerden Speedy - de andere kat (hij had wat meer tijd nodig om ook verliefd op ons te worden). We hadden fijne babbels. We hebben gelachen, luid. We speelden bingo. Ik keek naar mooie Fransmannen. Ik heb gevloekt op de oneindig lange terugweg naar huis. Ik heb gevloekt omdat ik naar huis moest.
Wat een pracht van een land. Ik heb Europa al die jaren onderschat. Het heeft zoveel te bieden (natuur, geschiedenis, pareltjes van dorpen, vriendelijke mensen, mooi weer (meestal dan, iets minder wanneer wij er zijn). En last but not least: lekker eten. Ik stuur je er alleszins graag NAARtoe.
16 september. We worden overspoeld door reisaanvragen. Ben ik echt nog maar net op vakantie geweest? Het lijkt een verre herinnering. Tijd om te denken aan onze volgende bestemming.
Reageer